Van “Brugpensioen” naar “werkloosheid met bedrijfstoeslag”

Sinds 1 januari 2012 spreken we niet langer over brugpensioen maar over het "stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag". We korten deze benaming af als "SWT". SWT zal pas mogelijk zijn vanaf 60 jaar en na een loopbaan van 40 jaar. Nieuwe cao’s moeten vanaf begin dit jaar met deze regeling rekening houden. Bestaande cao's en hernieuwde cao’s krijgen uitstel tot 1 januari 2015.

Werkloosheid met bedrijfstoeslag

Het brugpensioen is een stelsel waarbij werknemers van een zekere leeftijd die worden ontslagen, recht hebben op een vaste werkloosheidsuitkering en op een aanvullende vergoeding verschuldigd door de vroegere werkgever. Het systeem wordt hoofdzakelijk geregeld door interprofessionele collectieve arbeidsovereenkomsten (cao) zoals cao nr. 17 en door cao's op sector- en ondernemingsniveau en door twee koninklijke besluiten. Het regeerakkoord Di Rupo I voert ook op dit vlak een aantal hervormingen door. Zo wordt het begrip “brugpensioen” vervangen door het “stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag” (SWT). De aanvullende vergoeding bovenop de werkloosheidsuitkering heet dus voortaan bedrijfstoeslag. De naam brugpensioen geeft de indruk dat het een vorm van pensioen is, terwijl bruggepensioneerden eigenlijk gewoon werklozen zijn.

Stelsel halftijds brugpensioen wordt afgeschaft

Vanaf 1 januari 2012 worden er geen nieuwkomers meer aanvaard in het stelsel van het halftijds brugpensioen. De bestaande rechten blijven wel verworven en er gelden overgangsmaatregelen: nieuwkomers worden tot 1 april 2012 toegelaten op voorwaarde dat er een akkoord werd gesloten met de werkgever vóór 28 november 2011. Het stelsel kan met andere woorden alleen nog worden aangevat of voortgezet in twee gevallen:

de werknemer zit op 31 december 2011 al in het stelsel van het halftijds brugpensioen. Deze werknemers kunnen tot het einde in het stelsel blijven: tot ze het werk opnieuw voltijds hervatten of tot het einde van hun arbeidsovereenkomst;

de werknemer heeft vóór 28 november 2011 een akkoord gesloten met zijn werkgever om zijn arbeidsprestaties te halveren. Alleen deze werknemers kunnen nog met halftijds brugpensioen gaan na 31 december 2011, maar dat moet dan wel gebeuren vóór 1 april 2012.

Nieuwe regels “klassieke” brugpensioen

Voor het “klassieke” brugpensioen vanaf 58 jaar wordt de leeftijd op 60 jaar gebracht en de vereiste loopbaan op 40 jaar. De strengere leeftijds- en loopbaanvoorwaarden (60/40) gelden voor de nieuwe cao's die vanaf 1 januari 2012 worden gesloten. Voor de lopende en hernieuwde cao's (verlenging bestaande cao's) gelden de regels vanaf 1 januari 2015.

Voor vrouwen stijgt de minimum te bewijzen loopbaan wel trager. In sectoren en ondernemingen die een nieuw gesloten cao of collectief akkoord vanaf 1 januari 2012 sluiten voor vrouwen die op 60 jaar met brugpensioen willen, moeten vrouwen in 2014 een minimum beroepsloopbaan van 38 jaar kunnen aantonen. In 2015 stijgt die bewijsperiode naar 40 jaar.

Voor de loopbaanvereiste volstaan 35 jaar voor iedereen die een aantal jaren in een 'zwaar beroep' heeft gewerkt. Dit is vijf jaar tijdens de tien voorafgaande jaren of zeven jaar tijdens de 15 voorafgaande jaren. Het begrip 'zwaar beroep' geldt in drie situaties: ploegenarbeid, ononderbroken diensten en werk in nachtploegen.

Ondernemingen in moeilijkheden of in herstructurering

Voor ondernemingen in moeilijkheden of in herstructurering zijn de voorwaarden minder streng. Voor bedrijven in moeilijkheden wordt in 2012 de afwijkende minimumleeftijd 52 jaar. Door een jaarlijkse verhoging met zes maanden tussen 2012 en 2018 komt die leeftijd op 55 jaar in 2018. Voor bedrijven die zijn erkend als onderneming in moeilijkheden vóór 1 januari 2012 blijven de leeftijdsvoorwaarden gelden uit de bestaande ministeriële beslissing van erkenning: minimumleeftijd van 50 jaar.
Voor bedrijven in herstructurering komt de afwijkende minimumleeftijd in 2013 op 55 jaar. Als het collectief ontslag minstens 20% van de werknemers van het bedrijf treft, en alle werknemers betreft van een technische bedrijfseenheid of van een volledig activiteitensegment wordt de herstructurering gelijkgesteld met een bedrijf in moeilijkheden.

Afwijkende stelsels

De specifieke stelsels die werkloosheid met bedrijfstoeslag toelaten op jongere leeftijd blijven ongewijzigd. Ze kunnen in uitvoering van het interprofessioneel akkoord (IPA) worden verlengd. Het gaat om stelsels die werkloosheid met bedrijfstoeslag toelaten:

op 58 jaar na 35 jaar beroepsverleden voor werknemers met zware medische problemen;

op 56 jaar na 33 jaar beroepsverleden waarvan 20 jaar nachtarbeid;

op 56 jaar in de bouwsector bij arbeidsongeschiktheid met medisch attest en na 33 jaar beroepsverleden;

op 56 of 57 jaar na 38 jaar beroepsverleden; en

op 56 jaar na 40 jaar beroepsverleden.

Uitzondering is het hiervoor besproken halftijds brugpensioen. Vanaf 2012 worden geen nieuwkomers meer toegelaten.